, [2005], 234-255 Analysis of Ruth 3:13-18: Old Testament Prosaic Dialog
Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Voorts zeide hij: Lang den [21]sluier, die op u is, en houd dien; en zij hield hem; en hij mat zes [maten] gerst, en legde ze op haar; daarna ging hij in de stad. 21. Of, schortekleed, voorschoot, schorteldoek, waarmede de vrouwen haar voorlijf bedekken.